Dragers van organisatiecultuur
Met het begrip framing, raakt Ruijter aan de kern van zijn proefschrift, dat gaat over de verhalen die mensen elkaar vertellen binnen organisaties als SAA, aan de opdrachtgevers én opdrachtnemerskant. Met beide partijen ging hij in interviews uitgebreid in gesprek waardoor het proefschrift vol praktijkverhalen zit. Deze verhalen zijn de dragers van de organisatiecultuur, zegt Ruijter. Nieuwe verhalen kunnen leiden tot een andere betekenisgeving voor medewerkers en daarmee tot een andere organisatiecultuur. Om de samenwerking en het projectresultaat te verbeteren, moet die cultuur soms vernieuwd worden. “Hoe mensen in een organisatie aankijken tegen wat er gebeurt in hun werk wordt bepaald door hun referentiekader. Door ervaringen in het verleden kan er bijvoorbeeld het idee leven dat ‘de aannemer niet deugt’. Als je dat wilt veranderen, om de samenwerking met de markt te verbeteren, moet je het referentiekader stap voor stap als het ware oprekken.”
Hoe verander je dat referentiekader? “Dat kan door middel van een combinatie van sensemaking (begrijpen) en sensegiving (beïnvloeden). Sensemaking gaat over hoe medewerkers hun dagelijkse praktijk begrijpen en daar met elkaar over in gesprek gaan en verhalen over vertellen. Het management kan daarop reageren door via sensegiving, bepaalde verhalen iets meer te benadrukken dan andere. Langzaam maar zeker zullen nieuwe verhalen (of narratieven) over samenwerking dan de oude gaan vervangen. Dit zogenaamde narratieve veranderingsproces heeft binnen SAA jaren gekost,” aldus Ruijter. Waar in het verleden cultuurveranderingstrajecten vaak top-down werden ingezet, is de narratieve aanpak meer een wisselwerking tussen management en werkvloer, aan zowel de opdrachtgevende als de opdrachtnemende kant. Ruijter: “Bij SAA ging het om het opbouwen van wederzijds vertrouwen en het versterken van adaptief vermogen in de relatie met de opdrachtnemer. Dit is gelukt door openheid in communicatie en je durven verplaatsen in het perspectief van de ander.” Zo ontstond een groter wederzijds vertrouwen, een resilient partnership.

Nd Zomergast 2018 over Dienend Opdrachtgeverschap met als hoofdgast Hans Ruijter
Wat is je ervaring met het onderzoek doen zelf? Ging dat makkelijk, omdat je in het projectenvak zit, of moest je ook weleens buiten je comfort zone treden? “Het begon allemaal met een professionele midlife crisis. Wat wil ik nog? Vervolgens kwam deze kans langs. Misschien heeft het ook met mijn leeftijd te maken, die behoefte aan reflectie. Ik begon als civiel technicus maar in de loop van mijn carrière groeide steeds meer het besef dat zaken als techniek nog steeds erg belangrijk zijn, maar dat je het uiteindelijk ook als mensen met elkaar moet kunnen doen. Als promovendus moest ik duidelijk uit mijn eigen comfort zone stappen. Ik betrad een ander vakgebied, de sociale wetenschappen, en moest me een hele andere terminologie eigen maken. Dat was veel leeswerk, veel studie. Het boeide me, dat hielp. Daarom heb ik het ook in vier jaar tijd kunnen afronden. Dit lukte ook omdat ik onderzoek deed binnen mijn eigen project. Waar ik wel wat discussie over had met mijn promotor Marcel Veenswijk, is dat ik het proefschrift graag leesbaar wilde houden. En ik wilde niet twee boeken schrijven. Uiteindelijk is dat volgens mij goed gekomen en kreeg ik vanuit de commissie complimenten voor de wetenschappelijke onderbouwing. Maar het mooiste compliment dat ik kan krijgen is als mensen zeggen dat het goed leesbaar is.”
Neerlands diep bestaat dit jaar vijf jaar. Wat zou jij het netwerk de komende vijf jaar willen meegeven als ambitie? “Blijf de reflectie faciliteren. We gaan de narratieve aanpak voor cultuurverandering ook introduceren als element binnen Nd Brug. Hoe bouw je dat op binnen je project? Daarnaast: bevorder het samenwerken met de markt. Dat is ingewikkeld en er kleven risico’s aan. Maar als publieke organisatie ben je verantwoordelijk om daar de eerste stap in te zetten. Je moet uiteraard niet naïef zijn, probeer er op integere wijze mee om te gaan. Het betekent soms ook dat je als projectmanager of projectdirecteur je nek uit moet steken. Bespreek dit soort situaties met collega’s om je heen, mensen die weerwoord durven geven. Zorg dat er een groep mensen om je heen staat die je in vertrouwen dit soort keuzes kunt voorleggen. Dat hoeven geen absolute tegenpolen te zijn van jezelf, maar wel mensen met kritisch vermogen. Waar het altijd om gaat in de verhalen en bij samenwerken, is dat er meerdere handelingsperspectieven zijn.”