Projectcomplexiteit is subjectief. Wat complex is voor de één, hoeft helemaal niet complex te zijn voor een ander. Afhankelijk van ervaring en betrokkenheid, heeft iedereen zo zijn eigen beelden bij projectcomplexiteit. Hoe kun je daar dan toch meer grip op krijgen? Een eerste stap is het in kaart brengen van de verschillende percepties van projectcomplexiteit bij betrokkenen. TU Delft en Neerlands diep deden onderzoek aan de hand van het TOE-model van Marian Bosch-Rekveldt (TU Delft) en presenteren het resultaat.
Middels een online enquête heeft ze projectmanagers, teamleden, opdrachtgevers, opdrachtnemers en andere stakeholders van verschillende projecten gevraagd welke Technische, Organisatorische en Externe aspecten volgens hen het meest bijdragen aan de projectcomplexiteit. De data die dit heeft opgeleverd zijn geanalyseerd als geheel en per project. Zo is er een beeld voor de gehele sector ontstaan, wat een vergelijking met andere sectoren mogelijk maakt. Ook krijgen alle deelnemers, middels een complexiteitsvoetafdruk, inzicht in het complexiteitsbeeld van hun eigen project. Marian: ‘Dit inzicht kan projecten helpen eerder en beter in te spelen op complexe situaties in hun project.’
Opvallend is dat de perceptieverschillen tussen de deelnemers aan het onderzoek groot zijn. Vaak ook binnen hetzelfde project. Een aantal perceptieverschillen springen in het oog. Zo is bijvoorbeeld duidelijk geworden dat de perceptie met betrekking tot druk op de tijdsplanning significant anders is voor verschillende groepen respondenten. Marian: ‘Het lijkt erop dat dit aspect voor projectmanagers van de aannemer meer bijdraagt aan de complexiteit dan voor projectmanagers van de opdrachtgever.’ Een tweede opvallende uitkomst is dat deelnemers aan dit onderzoek complexiteit over het algemeen veel lager inschatten dan deelnemers aan eerder onderzoek in de procesindustrie. Wel blijkt dat ‘politieke invloed’ relatief hoog scoort als complexiteitselement. ‘Dat zou verklaard kunnen worden door het publieke karakter van de nu onderzochte bouwprojecten ten opzichte van de eerder onderzochte private projecten in de procesindustrie.’