Leiders moeten zichzelf heel goed kennen

  • 11 februari 2016
  • Desiree Hoving

Programmaprofessor. Zo wordt Yvonne Burger vaak genoemd. Naast haar aanstelling als deeltijd hoogleraar aan de Amsterdamse Vrije Universiteit – Center for Executive Coaching – brengt ze als zelfstandig adviseur en executive coach de menselijke maat in organisaties terug. Voor Neerlands diep ontwikkelt en begeleidt ze samen met Alijd Bunge het Topprogramma, voor project- en programmadirecteuren van bouw- en infraprojecten. Deze maand starten de intakegesprekken voor het derde Topprogramma. De eerste gezamenlijke bijeenkomst is in april.

Yvonne Burger

Yvonne Burger

Wat draag je als programmaprofessor bij aan het Topprogramma?

“Ik geef samen met Alijd Bunge vorm en inhoud aan hoe het programma er uit ziet. We bedenken alles samen, begeleiden het en trekken daar al ‘co-creërend’ in op. Ik breng wel m’n eigen perspectief mee, want ik kom niet uit de wereld van bouw en infra. Ik werk wel vaak in de publieke sector en vooral op het gebied van het versterken van samenwerking en leiderschap in de top. Ik ben gefascineerd door hoe mensen zich ontwikkelen in organisaties, hoe ‘goed leiderschap’ er uit ziet en hoe je mensen hierbij kunt ondersteunen. En vanuit de kennis en ervaring die ik op dit gebied heb, lever ik mijn bijdrage.

Welke vaardigheden hebben leiders de komende jaren nodig?

“Wat je ziet is dat kennis zich heel erg snel ontwikkelt. Je moet weten waar je dat vandaan moet halen. En dat is vaak in andere domeinen dan je vanuit je vak en opleiding gewend bent. Ook luisteren naar andere mensen wordt belangrijker, want een leider verzint niet meer in z’n eentje een oplossing voor iets. De vraagstukken waar je voor staat zijn zo complex geworden dat het belangrijk is om met anderen samen te werken in het vinden van oplossingen voor bepaalde problemen.”

Dus een leider beslist niet meer vanuit een ivoren toren?

“Je moet goed kunnen luisteren, niet te snel oordelen en alle stemmen die je hoort serieus nemen. Het gaat er dus niet om dat jij de baas bent die bepaalt wat er gebeurt, maar dat je op een gelijkwaardige manier met anderen samenwerkt. Maar het allerbelangrijkste voor veel leiders is dat je je realiseert: wat is de bijdrage die ik wil leveren in deze samenleving? Dan kun je je daar op focussen en echt iets neerzetten wat je bevrediging en inspiratie geeft, waarmee je andere mensen inspireert. Daarom helpen we de project- en programmadirecteuren bij het ontwikkelen van hun zelfreflectie”.

Hoe zie je dat in het Topprogramma terug?

“Het Topprogramma bestaat uit acht bijeenkomsten, waarin we steeds een ander domein behandelen. Eén daarvan is persoonlijk leiderschap, ook meteen mijn inhoudelijke deel in dit programma. Dan heb ik het ook over: welke bijdrage wil je leveren? Wat is er belangrijk voor jou? Hoe gaat het met je mentaal? Hoe gaat het met je fysiek en emotioneel? En wat zijn je schaduwkanten? Als je veel samenwerkt en communiceert met andere mensen in de organisatie is het niet alleen belangrijk dat je je kwaliteiten goed kent, maar dat je ook weet wat je doet als je onder stress staat. Misschien wordt je wel narcistisch, perfectionistisch of juist plichtsgetrouw. Wat zijn de effecten daarvan op de mensen in je team? Dat is ook een belangrijk element van leiderschap, dat je jezelf heel goed kent en weet wat het effect is van je eigen handelen op de mensen om je heen”.

‘Fysieke en mentale fitheid’ was het thema van het jaarlijkse teamevent van Neerlands diep. Waarom is fit zijn ook een leiderschapskwaliteit?

“Mensen zijn zich steeds meer bewust dat lichaam en geest met elkaar samenhangen. Als je een veeleisende baan hebt en onder druk staat, is het essentieel dat je fysiek ook in evenwicht bent. Dat je genoeg slaapt, gezond eet en genoeg beweging hebt, zodat je een goede conditie hebt, dingen beter kunt volhouden en je emotioneel stabieler voelt. Er is vaak een relatie tussen je fysieke fitheid en je mentale fitheid”.

Is dat nieuw?

“Dat is natuurlijk niet nieuw, maar pakweg tien jaar geleden hoorde je daar nog niemand over in de context van organisaties. Toen zag je nog veel zware mensen in topposities, of mensen die iets teveel dronken en veel te weinig sliepen. Met name de laatste jaren is er meer aandacht gekomen voor het helpen van mensen, om met de druk om te gaan en beter in balans te komen”.

Hoe komt dat?

“Vanuit de topsport is veel meer kennis naar het bedrijfsleven gebracht. Er zijn zelfs bureaus die fysieke fitheidstesten afnemen bij topmensen en ze adviseren hoe ze die component meer aandacht kunnen geven. Ook omdat het voor de organisatie voordelen heeft: je krijgt minder uitval”.

En je wordt er daadkrachtig, weerbaar en veerkrachtig van, las ik ergens.

“Dat klopt. Met name veerkracht vind ik een mooie term. Vroeger ging het er vooral om: hoe ga ik om met stress? Dat is een vrij negatieve benadering. Tegenwoordig gaat het over: hoe kun je je veerkracht verhogen? Dat is een hele positieve benadering”.

Zit dat in het Topprogramma, fitter worden?

“Dat zou er wat mij betreft nog wel meer in mogen. Dus dat is een mooi bespreekpunt met de volgende groep. Wat er in ieder geval wel in zit, is ervaringsgericht leren. Zo leert een aikido docent je hoe belangrijk het is om goed ‘in je midden’ te staan en in contact te zijn met je eigen lijf. Dan ben je sterker en laat je je minder snel omver duwen. Dat is natuurlijk een metafoor voor situaties waar mensen je niet letterlijk maar wel figuurlijk omver willen duwen. Ook is er een docent die met zang laat zien hoeveel meer indruk je maakt en hoeveel beter je stem klinkt als je hele lichaam meedoet. Je bent veel krachtiger in je eigen organisatie als je geen beperkende overtuigingen hebt over je eigen stemkwaliteiten, maar als je deze echt laat klinken. En ook dat is metaforisch”.

Hebben leiders uit de bouw & infrastructuur nog specifieke vaardigheden nodig?

“Het zijn vaak technisch zeer goed opgeleide en ervaren ingenieurs, die te maken hebben met complexe opgaven. Dat vraagt veel van hen op het gebied van publiek leiderschap, organisatieleiderschap en persoonlijk leiderschap. Hoe ga je om met de politiek, met complexiteit in het krachtenveld en met eigenwijze samenwerkingspartners? Hoe ga je om met de media, de steeds mondig wordende burgers en steeds beter opgeleide medewerkers? Wij reflecteren samen met de leiders uit het Topprogramma hun eigen praktijk, wat ze daarin tegengekomen en hoe ze zichzelf daar steeds verder in kunnen ontwikkelen”.

Wat hoop jij ze bij te brengen?

“Wat ik vanuit mijn eigen vak heel interessant vind, is dat ingenieurs zich realiseren: wat wil ik Nederland de komende jaren bieden? Waar word je warm van? En wat heb ik daarvoor nodig? Het is belangrijk om te weten waar je je bed voor uitkomt. Hoe zorg je vervolgens dat je over de capaciteiten en de mentale en fysieke fitheid beschik om dat te kunnen realiseren? En misschien wel het belangrijkste: hoe zorg je dat je de reflectie blijf inbouwen om te zorgen dat je van een afstand kan blijven kijken naar wat je doet, zonder in de dagelijkse realiteit en patronen meegezogen te worden?”

Wat heb je zelf geleerd tijdens het Topprogramma?

“Wat ik heel inspirerend vind is dat we mensen uit verschillende werelden uitnodigen. Zo hadden we iemand van defensie die een fantastisch verhaal kwam vertellen over teamwork in een oorlogsgebied. Wat kun je daarvan leren over teamdruk in Nederland? Het is interessant om parallellen te trekken met zo’n andere wereld: wat doe je onder stress? Hoe ga je daar als team zo goed mogelijk mee om? Van dat soort sprekers leer ik veel. Maar ik leer ook van de deelnemers. Het is hun praktijk waar we het over hebben en mijn stelling is altijd: als je als programmaleider net zoveel leert als de deelnemers, dan heb je een goed programma met elkaar. Het is dus vooral het onderzoeken van elkaars praktijk en daar een beetje beter van worden”.

Waar wil je zelf beter in worden?

“Ik wil steeds beter leren hoe je onderwijs voor ervaren mensen goed vormgeeft. Leren en ontwikkelen is mijn vak, waar ik door gefascineerd ben. Door dat samen met Alijd te doen, iemand die dezelfde passie heeft als ik, wordt het elke keer weer een feestje”.

 

 

Reageer

Ook interessant

  • Anders samenwerken met je stakeholders in de Nd Opgave-impuls

In de Nd Opgave-impuls staat het werken aan een complexe opgave samen met het stakeholderveld centraal. Het programma helpt teams het veld in kaart te brengen, stakeholders uit te nodigen en collectief eigenaarschap te creëren rond een opgave. Vijf teams rondden het programma – tot dan nog de Nd Transitiechallenge – begin van dit jaar […]

lees meer
  • Zuidasdok OVT gespiegeld door collega’s

Station Amsterdam Zuid groeit snel en wordt naar verwachting het op een na grootste station in Amsterdam. Een gezamenlijk programma van Rijkswaterstaat, ProRail en Amsterdam richt zich op het ondergronds brengen van de A10-zuid bij de Zuidas. Het project Zuidasdok is in 2020 omgevormd tot een programma-organisatie met afzonderlijke projectonderdelen. Het eerste project, de OV […]

lees meer
  • Nieuws
  • Er was eens… Nd Teams 2024

De laven sliepen nog, Holle Bolle Gijs had zijn buik nog vol. De Efteling lag er nog stil bij toen een Arabische poortwachter op de vroege morgen de deelnemers van Nd Teams 2024 naar hun bestemming begeleidde. Sommigen konden hun bijna kinderlijke enthousiasme niet bedwingen. En terecht. Hoe vaak komt het nou voor dat je […]

lees meer