Slotsymposium Ruimte voor de Rivier en Maaswerken: ‘Doorstromen, Sturen en Ruimte geven’

  • 18 juli 2018
  • Noel Houben

De eindevaluaties zijn naar de Tweede Kamer gestuurd, het gros van de projecten is afgerond. Hoog tijd dus om de kennis die is opgedaan binnen de ‘natte’ Rijkswaterstaatprogramma’s Ruimte voor de Rivier en Maaswerken door te geven aan andere projecten en programma’s. Dit gebeurt tijdens het dynamische symposium Doorstromen, Sturen en Ruimte geven, dat op 25 juni 2018 in Gorinchem plaatsvindt.

De deelnemers van vooral Rijkswaterstaat, maar ook andere overheden zoals waterschappen, ProRail, het Rijksvastgoedbedrijf, provincies en gemeenten, melden zich deze zonnige maandag bij Damen Shipyards in Gorinchem. De locatie blijkt om meerdere redenen goed gekozen. De deelnemers genieten tijdens de bijeenkomst van een inspirerend uitzicht over de Boven-Merwede en het gevarieerde landschap rond de rivier. Maar de locatie is ook een prima voorbeeld van de manier waarop de programma’s Ruimte voor de Rivier en Maaswerken koppelkansen hebben gerealiseerd. De rivier is op deze plek breder geworden dankzij een nevengeul, gemaakt om Gorinchem beter te beschermen tegen het hoogwater. Tegelijkertijd heeft de maatregel voor economische impulsen gezorgd voor industrieterrein Avelingen. Zo heeft Damen meer ruimte gekregen om zogenoemde voorraadschepen te ‘stallen’: schepen die de werf alvast bouwt, zodat ze bij een order snel kan leveren aan klanten.

Ruimte geven

Nelly Kalfs aan het woord – foto: Jorrit ’t Hoen

De officiële opening van de door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, Rijkswaterstaat en Neerlands diep georganiseerde bijeenkomst wordt verzorgd door drie dames. Nelly Kalfs, als hoofdingenieur-directeur (HID) van RWS Oost-Nederland verantwoordelijk voor Ruimte voor de Rivier, diept het thema ‘ruimte geven’ (en nemen) nader uit. Dit zit wat Kalfs betreft onder andere in de ruimte die Rijkswaterstaat gaf aan andere partijen bij het tot stand brengen van de projecten binnen de programma’s. Maar de projecten beschikten bijvoorbeeld ook over ‘handgeld’ om mensen tegemoet te komen in de gebieden die onderhanden werden genomen. Waar nodig en verantwoord, was er bovendien de ruimte om (beredeneerd) van regels af te wijken.

Diana Beuring, als HID van RWS Zuid-Nederland verantwoordelijk voor het werkgebied van Maaswerken, koppelt het thema ‘(door-)stromen’ aan de programmaresultaten. Binnen Maaswerken stroomde geld, het grind dat de werkzaamheden deels financierde, maar ook bevlogenheid door de aders van de betrokkenen. “Nu is het zaak om deze bevlogenheid, kennis en ervaring te laten overstromen naar anderen. Ik hoop dat iedereen een beetje onderwater komt te staan vandaag.” Inge Lardinois, bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat opdrachtgever voor beide programma’s, roemt de meervoudige doelstelling bij de programma’s. “Waterveiligheid was het primaire doel. De urgentie hiervan was maar al te duidelijk geworden door de overstromingen in de jaren negentig. Maar dit ging hand in hand met het vergroten van de ruimtelijke kwaliteit. Binnen Ruimte voor de Rivier en Maaswerken is veel moois gerealiseerd voor natuur, recreatie en bedrijvigheid. Het omgevingsmanagement is eveneens cruciaal gebleken. Er hebben heel wat gesprekken plaatsgevonden aan keukentafels om te weten te komen wat er speelt in de omgeving en om hier vervolgens rekening mee te houden. Dit is een sleutel voor het succes van deze programma’s, waar veel andere projecten van kunnen leren. De resultaten zijn ook heel zichtbaar. ‘Wat een mooi landschap’, hoorde ik mensen laatst nog zeggen aan de oever van de Waal bij Slot Loevestein.”

Inge Lardinois en Diana Beuring – Foto: Jorrit ’t Hoen

Belangen verbinden

De beleving van ‘de omgeving’ van de programma’s staat centraal tijdens het eerste filmpje dat de deelnemers aan het symposium te zien krijgen. Er zijn vooral positieve geluiden te horen. Een boswachter in de Biesbos wijst op de mooie stukken natuur die er zijn bijgekomen. Ook het samenspel van natuur en recreatie dat is gerealiseerd en de terugkeer van de visarend in de Biesbos, kunnen hem bekoren. Een burgemeester benadrukt dat de projecten een samenspel zijn geweest: de overheid, boeren, bewoners en recreanten hebben samen waterveiligheid met een nog mooier rivierenlandschap gecombineerd. Een dijkgraaf legt uit hoe dit gelukt is. Door veel te polderen en belangen aan elkaar te knopen, is er draagvlak gecreëerd.

Een deelnemer noemt de werkwijze bij Ruimte voor de Rivier en Maaswerken een lichtend voorbeeld. “Het lijkt logisch dat je belangen in beeld brengt, meeneemt en met elkaar probeert te verbinden. Toch komt dit in de luchtvaartsector nu pas geleidelijk op gang. Het is belangrijk dat ook hier de omslag wordt gemaakt. Samenwerken op basis van belangen kost tijd en energie. Maar als je het niet doet, kost het nog meer tijd en energie om de opgelopen schade te repareren.” Vic Gremmer zorgt als bewoner van de ontpolderde Noordwaard voor een tegengeluid tijdens het symposium. “Voor de mensen in de Noordwaard betekende Ruimte voor de Rivier 15 jaar onzekerheid. Sommige mensen hebben het gebied moeten verlaten door de ontpoldering. Dat geluid miste ik in het filmpje.”

Creativiteit

Het tweede filmpje laat twee medewerkers van de programma’s en de voorzitter van een klankbordgroep aan het woord. Zij zijn alle drie trots op de ruimtelijk kwaliteit die is gerealiseerd, maar geven ook aan dat dit niet vanzelf is gelukt. Partijen die zich terugtrekken op het eigen turf als het spannend wordt, belanghebbenden met uiteenlopende verwachtingen: de kunst is dan om alle kikkers in de kruiwagen te houden. Het is daarom belangrijk om altijd het einddoel voor ogen te houden, zo betogen de hoofdrolspelers van het filmpje. Een dedicated team en flexibiliteit zijn andere succesfactoren. “Regels die we zelf hebben opgesteld, kunnen we ook zelf veranderen.”

Vooral de meervoudige doelstelling bij Ruimte voor de Rivier en Maaswerken leidt tot enthousiasme bij de deelnemers aan het symposium. “Nooit meer een monofunctioneel doel: dat is een belangrijke les van deze programma’s”, is een observatie. Het is een les die veel projecten al ter harte blijken te hebben genomen. Blind kopiëren van Maaswerken en Ruimte voor de Rivier vinden de deelnemers dan weer geen goed idee. “De ‘andere’ doelstelling moet bijvoorbeeld niet standaard ruimtelijke kwaliteit zijn. Je kunt bijvoorbeeld ook kiezen voor duurzaamheid, economische belangen of smart mobility.” Directeur Alex Vermeulen van Neerlands diep vindt dat er nu moet worden doorgepakt. “We moeten burgers nog veel meer en eerder betrekken bij onze projecten. Zo’n meervoudige doelstelling kun je het beste bij hen ophalen. Het gaat immers om hun omgeving, die zij het beste kennen.”

Teamspirit en plezier

Nathalie Vranken – Foto: Jorrit ’t Hoen

Geïnspireerd door de filmpjes en uitgenodigd door gespreksleider Nathalie Vrancken noteren de deelnemers lessen van Maaswerken en Ruimte voor de Rivier op zeven posters in de zaal. Onder de feedback zijn pareltjes als ‘Beperkingen omzetten in tijd en ruimte om te opereren’, ‘We hebben echt anderen het verhaal laten vertellen’ en ‘De aandacht voor belangen én beleving’. ‘Teamspirit’ en ‘Plezier’ worden eveneens genoemd als lessen van Maaswerken en Ruimte voor de Rivier. Maar er zijn ook relativerende opmerkingen. ‘Er kwam wel heel veel toevallig samen’ en ‘Eerst een overstroming helpt om zoveel geld voor kwaliteit vrij te maken’, bijvoorbeeld.

Goede beheerder

Gesprekken aan de keukentafel bij betrokkenen thuis waren essentieel voor het eindresultaat van beide programma’s. Toepasselijk daarom dat voormalig omgevingsmanager bij Ruimte voor de Rivier Ralph Gaastra de keukentafel gebruikt voor een goed gesprek met andere directbetrokkenen bij de programma’s. Annika Hesselink, die uiteenlopende rollen heeft bekleed binnen Maaswerken en Ruimte voor de Rivier, gaat onder andere in op de rol van het toetskader binnen het laatstgenoemde programma. Juist als er zoveel ruimte is voor creatieve aanpakken in de verschillende projecten, is het belangrijk om te sturen op eenduidige mijlpalen, aldus Hesselink. “We hebben voldaan aan onze doelstellingen als programma en het toetskader wordt nog steeds gebruikt. Het heeft dus zeker gewerkt.

Bij de systeemgerichte contractbeheersing werd ook de beheerder betrokken. Het moest de uiteindelijke overdracht makkelijker maken. Een deelnemer van een waterschap maakt duidelijk dat die overdracht desondanks niet altijd vlekkeloos is verlopen. “Zorg dat je de goede beheerder aan tafel hebt”, is zijn aanbeveling.

Aan de (plenaire) keukentafel – Foto: Jorrit ’t Hoen

Win, win, win

Jurist Hattie de Leeuw doet aan de keukentafel uit de doeken hoe onderdelen van Maaswerken worden gefinancierd door middel van de verkoop van grind en zand. Het meest in het oog springende voorbeeld hiervan is het project Grensmaas. Consortium Grensmaas voert dit project voor eigen rekening en risico uit op basis van zelfrealisatie. Dit betekent dat het consortium de complete uitvoering van het project, van grondverwerving tot oplevering, in eigen handen heeft. De overheid is geen opdrachtgever, maar een partner die erop toeziet dat de afspraken in het uitvoeringscontract worden nageleefd. Aandeelhouders van het consortium zijn drie aannemers, negen grindproducenten en Natuurmonumenten. In 2025 moet er een hoogwaterveilige Grensmaas zijn, met ruimte voor natuurontwikkeling. De mogelijkheid om delfstoffen (grind en zand) voor de bouwindustrie te winnen, maakt het project rendabel voor het consortium. Een mooi voorbeeld van win, win, win dus.

Toch liep niet alles op rolletjes, maakt De Leeuw duidelijk. Zo maakte de Europese Commissie bezwaar tegen de innovatieve opzet van het project. Minstens zo lastig was dat door de economische crisis de bouwsector tot stilstand kwam. De opbrengsten uit de grindwinning stokten en daarmee kwam de financiering en de voortgang van het project Grensmaas in gevaar. “We hebben het consortium daarom langer de tijd gegund om grind te winnen en af te zetten. De hoogwaterdoelstellingen zijn gewoon binnen de afgesproken termijn gerealiseerd.”

Vroegtijdig in gesprek

Jacco Zwemer heeft de bakens verzet nadat hij projectmanager is geweest van enkele Ruimte voor de Rivierprojecten. Inmiddels is hij projectdirecteur van de Amstelveenlijn van de gemeente Amsterdam. Daar profiteert hij nog steeds van de lessen die hij heeft opgedaan bij Ruimte voor de Rivier, schetst hij aan de keukentafel. “Een belangrijke is: ga vroegtijdig met elkaar in gesprek. Door te praten vanuit belangen en inhoud kun je problemen voorkomen. En als die dan toch opduiken, weet je elkaar beter te vinden en kom je makkelijker tot een oplossing.”

Kennisachterstand

Deelnemers in gesprek aan de keukentafel – Foto: Jorrit ’t Hoen

De deelnemers kunnen deze middag ook zelf in gesprek gaan aan een keukentafel met ervaringsdeskundigen van Ruimte voor de Rivier en Maaswerken. Ze kunnen kiezen uit workshops over publieksparticipatie, Groot Project Status en mijlpaalsturing, samenwerken in de regio, zelfrealisatie, de overdracht naar de beheerder en een sterke verhalen- en verschillentafel. Het onderwerp publieksparticipatie, begeleid door Ralph Gaastra en Vic Gremmer, blijkt beide workshoprondes erg populair. Gremmer wijst nogmaals op de jaren van stress en onzekerheid waarmee hij en de andere bewoners van de Noordwaard te maken hebben gehad. Op het eind kwam het goed, maar we hebben er wel hard voor moeten strijden.

Als voorzitter van de bewonersorganisatie zat Gremmer in een klankbordgroep van het project Noordwaard. “Dan merk je dat je een heel grote kennisachterstand hebt. Niet alleen ten opzichte van Rijkswaterstaat, maar ook vergeleken met andere grote organisaties als Staatsbosbeheer. Hoe kun je echt meepraten als je met allerlei ingewikkelde berekeningen wordt geconfronteerd?” Het maakt veel los bij de toehoorders. “We moeten duidelijker zijn over de tijdsplanning en ingewikkelde berekeningen beter vertalen”, zegt Kalfs. Gremmer wijst op het belang van een betrouwbare overheid. “In de plannen stond dat er kleinschalige recreatie ging plaatsvinden in de Noordwaard. Pas toen we hierop doorvroegen, bleek dat het om 200 recreatiewoningen ging. Dat is voor de bewoners niet echt kleinschalig. Het vertrouwen was in één klap weg. Mijn belangrijkste tip is daarom dat je als overheid de afhankelijkheid moet onderkennen van de mensen die de consequenties van je plannen op hun bord krijgen. Probeer je meer in hen te verplaatsen.”

Integrale aanpak

Sylvo Thijsen – Foto: Jorrit ’t Hoen

Sylvo Thijsen geeft aan het eind van het symposium zijn reflectie op Maaswerken en Ruimte voor de Rivier. De directeur van Staatsbosbeheer is hier de aangewezen persoon voor. Hij heeft al sinds 1986 ervaring met complexe projecten in het rivierengebied. HID Nelly Kalfs heeft nog een andere reden om Thijsen uit te nodigen. Staatsbosbeheer werd in 2017 uitgeroepen tot Beste Overheidsorganisatie. Daar wil Rijkswaterstaat graag van leren.

Thijsen prijst de integrale aanpak die de afgelopen decennia bij Maaswerken en Ruimte voor de Rivier is ontstaan. “Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer zijn samen aan de slag gegaan om een veilig en mooi rivierengebied te realiseren. Het betrekken van de burger bij de projecten is een uitdaging gebleken. Je zit in een flow, je wilt doorstomen. Maar hier zijn we in de loop van de jaren steeds beter in geworden. Op het gebied van omgevingsmanagement zijn we internationaal zelfs voorlopers.” In de toekomst kunnen projecten nog integraler worden aangepakt, is een notie die Thijsen meeneemt van de bijeenkomst. “Dit kan bijvoorbeeld door stedenbouwkundigen en landschapsarchitecten te betrekken bij een gebiedsgerichte aanpak.”

Meerdere waarheden

Aan het slot van de bijeenkomst komt het keukenthema nog één keer terug. Iedere deelnemer beschrijft een tegeltje met de meest relevante les die hij of zij meeneemt uit het symposium. Thijsen en Kalfs bijten het spits af. ‘Denk in meervoud, want er zijn altijd meerdere waarheden’, is de inbreng van de directeur van Staatsbosbeheer. ‘Betrek voldoende bewoners en faciliteer experts die hen helpen met de vele vragen die ze hebben!’, is Kalfs grootste eyeopener van de dag. ‘Geef scope & geld de ruimte’, ‘Sober en doelmatig is ook een dubbeldoelstelling’ en ‘Project starten: luister en wordt wijs’: het zijn zomaar wat voorbeelden van tegeltjes die deelnemers mee naar huis nemen.

Het gaat dan wel om een slotsymposium, maar helemaal klaar zijn Maaswerken en Ruimte voor de Rivier nog niet. “Doorstromen is voor mij het centrale thema van deze bijeenkomst”, laat Kalfs weten. “Ik rust niet voor ik vijf of zes namen hebben van mensen die willen helpen om de lessen van deze programma’s verder te brengen. Ik ben namelijk ambitieus: die prijs voor Beste Overheidsorganisatie willen we als Rijkswaterstaat ook wel eens winnen!” Het verzoek blijkt niet aan dovenmansoren gericht. Wordt zeker vervolgd dus.

Reageer

Ook interessant

  • Anders samenwerken met je stakeholders in de Nd Opgave-impuls

In de Nd Opgave-impuls staat het werken aan een complexe opgave samen met het stakeholderveld centraal. Het programma helpt teams het veld in kaart te brengen, stakeholders uit te nodigen en collectief eigenaarschap te creëren rond een opgave. Vijf teams rondden het programma – tot dan nog de Nd Transitiechallenge – begin van dit jaar […]

lees meer
  • Zuidasdok OVT gespiegeld door collega’s

Station Amsterdam Zuid groeit snel en wordt naar verwachting het op een na grootste station in Amsterdam. Een gezamenlijk programma van Rijkswaterstaat, ProRail en Amsterdam richt zich op het ondergronds brengen van de A10-zuid bij de Zuidas. Het project Zuidasdok is in 2020 omgevormd tot een programma-organisatie met afzonderlijke projectonderdelen. Het eerste project, de OV […]

lees meer
  • Nieuws
  • Er was eens… Nd Teams 2024

De laven sliepen nog, Holle Bolle Gijs had zijn buik nog vol. De Efteling lag er nog stil bij toen een Arabische poortwachter op de vroege morgen de deelnemers van Nd Teams 2024 naar hun bestemming begeleidde. Sommigen konden hun bijna kinderlijke enthousiasme niet bedwingen. En terecht. Hoe vaak komt het nou voor dat je […]

lees meer