Voormalig projectdirecteur Zuidasdok Richard Jorissen: ‘Ervaringen op Zuidas voor iedere projectmanager interessant’

  • 31 oktober 2014
  • Jenny Kamstra

Vier overheden namen in 2012 een voorkeursbesluit voor de aanleg van het Zuidasdok. Hiermee kregen achttien jaar planmakerij en bestuurlijke verwikkelingen alsnog een bevredigend einde. Het boek ‘De Dokwerkers’ – met steun van Neerlands diep gepubliceerd – beschrijft dit proces van binnenuit. De auteurs en Neerlands diep organiseren bij de officiële presentatie van ‘De Dokwerkers’ een debat wat je niet mag missen! Drie hoofdrolspelers zullen op maandag 10 november in Amsterdam hun visie geven op de bestuurscultuur en tijdgeest die het boek beschrijft. Wat heeft het project Zuidasdok hen geleerd en opgeleverd? En wat kunnen andere projecten ervan opsteken? Een van de sleutelfiguren, projectdirecteur van de voorkeursbeslissing Richard Jorissen, licht alvast een tipje van de sluier op.

Richard Jorissen

Richard Jorissen

Wat trof je aan toen je in oktober 2010 op de Zuidas aan de slag ging?

‘De lange voorgeschiedenis van het project had zowel in de gezamenlijke projectorganisatie als in de bestuurlijke omgeving sporen nagelaten. Rijk, gemeente Amsterdam, stadsregio, provincie Noord-Holland: allemaal hadden ze zo hun stokpaardjes en strategieën. Ze zaten in ieder geval nog deels in de eigen loopgraven. Daar was ik me terdege van bewust. Anders kun je ook niet functioneren in zo’n project. Tegelijkertijd heb ik ervoor gezorgd dat ik zelf niet in de loopgraven terechtkwam.’

Was jij als medewerker van Rijkswaterstaat wel de aangewezen persoon om deze impasse te doorbreken?

‘De gemeente Amsterdam had door de voorgaande ervaringen met “Den Haag” enige reserves. Maar ook het ministerie van Infrastructuur en Milieu had bedenkingen. Mij werd op het hart gedrukt dat ik niet voor Rijkswaterstaat en al helemaal niet voor Amsterdam aan de slag ging op de Zuidas. Ik heb het vertrouwen dan ook stap voor stap moeten opbouwen. Vanaf dag één droeg ik uit dat ik als algemeen projectdirecteur instapte, niet als vertegenwoordiger van Rijkswaterstaat. Ik heb georganiseerd dat anderen de RWS-rol binnen het project zouden oppakken. Door consequent onafhankelijk naar buiten te treden, is het gelukt om het wantrouwen weg te nemen. Maar dat heeft wel tijd gekost.’

Hoe kom je in de projectorganisatie van verdeeldheid tot gezamenlijkheid?

‘De projectorganisatie kende een mooie mix. Er waren mensen van de betrokken overheden en (externe) medewerkers die puur voor het project werkten. De eersten hielden de belangen van hun moederorganisaties in het oog, de laatsten waakten over de voortgang van het project. Beiden aspecten zijn belangrijk als je wilt komen tot een gedragen voorkeursbeslissing. Maar dan moesten we wel allemaal aan dezelfde kant van het touw gaan trekken. Dat is gelukt door intern goede gesprekken te voeren, maar ook door druk van buiten. De drie alternatieven die we als projectorganisatie moesten onderzoeken, bleken onhaalbaar en onbetaalbaar. Het minder ambitieuze Plan B waarmee we vervolgens kwamen, werd in eerste instantie bestuurlijk afgeschoten. Door die tegenslag ontstond de gewenste eenheid in het team bijna vanzelf. “Dit laten we ons niet overkomen!”, was het gevoel.’

Hoe nam je de bestuurlijke omgeving uiteindelijk toch mee?

‘Door veel te luisteren, praten, verantwoorden, positioneren en mogelijkheden af te tasten. In Den Haag vonden beslissers het Zuidasdok vooral een Amsterdams project. Ik ben heel veel in Den Haag geweest. Ook heb ik de minister en andere vertegenwoordigers van IenM rondgeleid in het projectgebied. Daardoor gingen Zuidas en Zuidasdok meer leven in Den Haag. Toen we eenmaal overtuigend hadden aangetoond dat de oorspronkelijke dokalternatieven onhaalbaar waren, ben ik met de vier opdrachtgevers afzonderlijk in gesprek gegaan over ons Plan B. Wat levert het plan hen op, waar liggen pijnpunten, wat zou anders kunnen? De projectorganisatie tekende alle voorstellen uit en rekende ze nauwgezet door. Beetje bij beetje bracht ik ook de belangen van de andere overheden in tijdens die individuele gesprekken. Door zo te convergeren kwam er een aangepast plan B waar iedereen voor kon tekenen.’

Wat zou je met de kennis van nu anders hebben gedaan?

‘Toen ik begon bij het Zuidasdok was er bestuurlijk al voor gekozen om drie alternatieven uit te werken. Naar andere alternatieven hebben we daarom geen onderzoek meer gedaan. Dat was achteraf onverstandig. Want toen de drie alternatieven onhaalbaar bleken, kwam het ministerie van IenM met de dijkvariant op de proppen. In tegenstelling tot de onderzochte alternatieven blijft bij dit plan zowel snelweg als sporen bovengronds. Alleen dankzij een beetje eigenwijsheid in het projectteam beschikten we toen over voldoende technische gegevens om de zin en onzin van deze variant te onderbouwen.
Verder vind ik dat de bestuursovereenkomst van 2012 wel erg veel afspraken en details bevat. Het is een document van liefst 51 pagina’s geworden. Aan de andere kant: door de voorgeschiedenis van het project en de ervaringen met de Noord-Zuidlijn bestond er nu eenmaal veel behoefte aan borging bij het Rijk en de gemeente Amsterdam. Dus of het echt veel korter had gekund…’

Heb je de ervaringen bij het Zuidasdok kunnen gebruiken bij volgende projecten?

‘Ik ben nu programmadirecteur van het Nieuw Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). Daarbij zijn nog veel meer overheidspartijen betrokken dan bij het Zuidasdok. Ook hier is het mijn taak om al die opdrachtgevers mee te nemen en te verbinden aan een gezamenlijk doel. Dat betekent veel overleggen met beslissers van de verschillende moederorganisaties van het programma. Maar ik help hen ook hun achterban mee te nemen in het proces. Zodat een bestuurder in de stuurgroep zich straks comfortabel voelt om een besluit te nemen, zonder angst om teruggefloten te worden door de gemeenteraad. Deze manier van werken heb ik absoluut meegenomen van de Zuidas. Al met al kijk ik terug op een fascinerende periode in Amsterdam. Het spelen met inhoud, relaties, de omgeving, de voortdurende afwegingen die je moet maken: het is ingewikkeld, maar erg bevredigend als het lukt.’

Voor wie is het debat in november interessant?

‘Voor iedereen die aan overheidszijde met projecten bezig is. Als je nieuwsgierig bent hoe de besluitvorming rond een groot project in zijn werk gaat, kom je op 10 november zeker aan je trekken. Maar ook voor medewerkers van kleinere projecten is de bijeenkomst nuttig. Of je project nu een lange of korte voorgeschiedenis kent, of er nu een nul meer of minder in het projectbudget zit: het spel dat je als projectmanager moet spelen om de verschillende belangen bij elkaar te brengen, is in wezen hetzelfde.’

Locatie en tijden

Maandag 10 november van 15.00 uur tot 17.30 uur in het auditorium van het WTC Amsterdam.

Deelnemers

Naast Richard Jorissen nemen ook met voormalig wethouder Duco Stadig, gedurende twaalf jaar betrokken bij het Zuidasdok, en Jaap Korf van Rabobank deel aan het debat. We zijn natuurlijk ook benieuwd naar jouw inbreng!

Inschrijven

Er zijn al meer dan tachtig aanmeldingen voor het debat. Meld je aan via info@neerlandsdiep.nl en verzeker je van een plaats! Deelnemers ontvangen na afloop een exemplaar van ‘De Dokwerkers’.

Meer weten

Lees hier meer over de bijeenkomst of neem contact op met Guus Pieters via guus@neerlandsdiep.nl of 06-52 46 16 89.

Reageer

Ook interessant

  • Een digitale revolutie

Een digitale revolutie. We zitten er middenin. Ook in de publieke bouw- en infraprojecten. Ervan weglopen? Dat kan. Toekijken en aanschouwen? Kan ook nog. Maar voor hoe lang nog? Het nu beetpakken, omarmen en uitdragen van technologische ontwikkelingen, is de optie waar de deelnemers van Nd Digitaal Leiderschap voor kozen. Want, het meebewegen in een […]

lees meer
  • Anders samenwerken met je stakeholders in de Nd Opgave-impuls

In de Nd Opgave-impuls staat het werken aan een complexe opgave samen met het stakeholderveld centraal. Het programma helpt teams het veld in kaart te brengen, stakeholders uit te nodigen en collectief eigenaarschap te creëren rond een opgave. Vijf teams rondden het programma – tot dan nog de Nd Transitiechallenge – begin van dit jaar […]

lees meer
  • Zuidasdok OVT gespiegeld door collega’s

Station Amsterdam Zuid groeit snel en wordt naar verwachting het op een na grootste station in Amsterdam. Een gezamenlijk programma van Rijkswaterstaat, ProRail en Amsterdam richt zich op het ondergronds brengen van de A10-zuid bij de Zuidas. Het project Zuidasdok is in 2020 omgevormd tot een programma-organisatie met afzonderlijke projectonderdelen. Het eerste project, de OV […]

lees meer