Dertien projectmanagers ontvingen op donderdag 10 maart hun certificaat voor het afronden van het Kernprogramma. Zij zijn alweer de zevende lichting die dit leerprogramma van Neerlands diep voltooit. Van een echt einde was trouwens geen sprake. “Ik heb er een netwerk van collega’s bijgekregen waarop ik altijd een beroep kan doen. Wij deelnemers blijven elkaar in de toekomst zien.”
Secretaris-generaal Lidewijde Ongering van het ministerie van Infrastructuur en Milieu toonde zich content met de ‘nieuwe oogst’ van het Kernprogramma. “Neerlands diep heeft weer een groep sterke projectmanagers afgeleverd. Talenten met de juiste bagage om het werk in de steeds ingewikkeldere praktijk van alledag te doen.”
Uitdagende klus
De ontwikkeling die de deelnemers doormaken tijdens het Kernprogramma vertaalt zich regelmatig in een overstap naar andere, grotere projecten, zo bleek tijdens de bijeenkomst. Ook kersvers geslaagde Henk van den Bosch begon op 1 januari aan een nieuwe, uitdagende klus: hij werd bij Rijkswaterstaat projectmanager voor het onderhoud van de vele vaarwegen en sluizen in Zeeland. “Zeker weet ik het niet, maar het kan best dat mijn deelname aan het Kernprogramma ermee te maken heeft.”
Standaardisatie en samenwerking
Wel zeker is dat hij dankzij het Kernprogramma beter is toegerust om de opdracht tot een goed eind te brengen. “De omvang van het project, de complexiteit van het vaarwegennetwerk, de beperkte menskracht: het betekent dat we een nieuwe werkwijze moeten ontwikkelen. Tijdens het Kernprogramma hebben we het gehad over de mogelijkheden van standaardisatie in de bouw. Daar kan mijn project ook baat bij hebben. Daarnaast wordt samenwerken erg belangrijk: intern binnen Rijkswaterstaat, met de omgeving en met de markt. Over dit onderwerp heb ik mijn scriptie geschreven.”
Een belangrijke opgedane les in het Kernprogramma: neem de tijd om samenwerking goed te organiseren. “Door de grote productiedruk schiet dat er makkelijk bij in. Ik heb ook geleerd om meer oog voor het proces te hebben: wat speelt zich onder de oppervlakte af bij mijn gesprekspartners en mijzelf. Zo kom je belemmeringen voor een goede samenwerking eerder op het spoor.”
Gedoe
“Gedoe komt er toch. Sterker nog, het oplossen van gedoe is mijn hoofdtaak als projectmanager.” Dit was voor alumna Yfke Mulder de belangrijkste les van het Kernprogramma. “In het verleden had ik zoiets van ‘dit overkomt míj weer’ en werd ik boos als de dingen niet zo liepen als ik wilde. Mijn insteek is nu anders. Daardoor kan ik er ook professioneler mee omgaan als mijn project onvermijdelijk met gedoe te maken krijgt.”
Netwerk van collega’s
Yfke maakte een opvallende overstap tijdens het Kernprogramma: van projectmanager van het Rijksvastgoedbedrijf werd ze opdrachtgever voor datzelfde Rijksvastgoedbedrijf bij het ministerie van Veiligheid en Justitie. “Ik vond het spannend om die stap te zetten. Het was prettig dat ik kon sparren met collega’s die op eenzelfde niveau werken. Dat is het mooie van dit programma: ik heb er een netwerk van collega’s bijgekregen waarop ik altijd een beroep kan doen. Wij, als deelnemers van dit Kernprogramma, blijven elkaar zeker zien.”
Meer informatie over het Kernprogramma? Programmamanager Marjan Lont helpt je graag verder.